DIn de meeste delen van Afrika heeft de westerse geneeskunde nog lang geen einde gemaakt aan de praktijk van traditionele therapieën die worden beoefend door genezers, fetisjisten of de broederschap van jagers. Het ontbreken van aangepaste structuren, artsen of de onbetaalbare kosten van zorg verklaren deze overleving slechts gedeeltelijk. Inderdaad, voor de overgrote meerderheid van de bevolking is een ziek lichaam vaak de prooi van bovennatuurlijke krachten of slechte spreuken die niet kunnen worden verwijderd door eenvoudige allopathische procedures. Een antropoloog en een fotograaf, beiden bekend met Mali, wilden deze voorouderlijke praktijken, die in de stad en in de bush worden bestendigd, die waarzeggerij, exorcisme, beroep op fetisjen maar ook kruidenrecepten en lichamelijke manipulaties combineren, nader onderzoeken. Ze ontmoetten deze ongewone beoefenaars, centrale figuren van de Afrikaanse samenleving, wiens echte kennis geleidelijk aan verdwijnt. De puur cartesiaanse geneeskunde wordt vaak in twijfel getrokken, het is niet zinloos om deze zorgalternatieven te ontdekken waarbij de kracht van de geest verbazingwekkende resultaten behaalt.